Zorg voor een draagkrachtige vorstvrije, goed afwaterende ondergrond. Gebruik geen leemhoudende en / of kleurstofafgevende materialen.
1
Stort na het afgraven van het oppervlak een laag van 20 cm verdichtingsmateriaal (steenslag) bijv. grind of betonmix. Werk met een afl oop van 2% vanaf het gebouw. Tril deze laag aan met een trilplaat.
2
Breng een laag ophoogzand of split (basaltsplit 2-5) van 5 cm aan. Tril ook deze laag aan en rei af op afschot.
3
Leg de klinkers dan langs een spankoord. Het formaat van de klinkers kan worden aangepast met een klinkerknipper, een haakse slijper of een steen-tafelzaagmachine.
4
Tril de klinkers aan met een trilplaat voorzien van een rubbermat. Voeg af met droog breker- of voegzand. Verwijder daarna het overtollige zand.